Akira zei tegen zijn vrienden: “Luister allemaal,” Iedereen kwam Akira achterna. “Ik heb zin om weer een nieuw avontuur te beleven. Steek uw vinger op als u mee wilt.” Iedereen stak zijn vinger op. “Daar ben ik heel erg blij om. Ik weet nog niet wat er gebeuren gaat, maar we zien het wel.” Iedereen liep toen met elkaar mee. Zyler vroeg: “Weten jullie waar wij naartoe gaan?” Iedereen schudde zijn hoofd. “Ik ook niet!” lachte Zyler. “Ik wel!” riep Lodewijk zomaar ineens. “Waar gaan wij dan naartoe?” vroeg Mario. “Dat is een verrassing!” zei Lodewijk. “Je kunt ons niet nieuwsgierig maken en dan niks zeggen!” riep Dorpsburgemeester. “Gaan wij naar China?” vroeg Chun-Li. “Gaan wij naar Japan of Duitsland?” vroeg Hitomi. “Hyrule?” vroeg Zelda. “Brinstar?” vroeg Samus. “Paddenstoelenrijk?” vroeg Peach. “Luchtrijk?” vroeg Pit. “Dromenland?” vroeg King Dedede. “De Wii Fit-studio?” vroegen de Wii Fit-trainers. “Sarasaland?” vroeg Daisy. “Mijn kasteel?” vroeg Bowser. “Gaur-plateau?” vroeg Shulk. “Het kometenobservatorium?” vroeg Rosalina. “World Video Boxing Association?” vroeg Little Mac. “Suzaku Castle?” vroeg Ryu. “Tazmily?” vroeg Lucas. “Onett?” vroeg Ness. “Mute City?” vroeg Captain Falcon. “Ylisse?” vroeg Lucina. “Altea?” vroeg Marth. “PAC-LAND?” vroeg PAC-MAN. “200X?” vroeg Mega Man. “Mobius?” vroeg Sonic. “Weet je wat?” vroeg Akira, “Wij gaan overal naartoe!” Iedereen juichte. Toen dat gebeurde kon iedereen vliegen waar die maar wilde, en zelfs Akira vloog mee.