Hoofdstuk 1: Een nieuw avontuur!
Lodewijk woont nu in het kasteel van Fleur en ze zijn nu koning en koningin van het sprookjesbos geworden. Hij heeft ook een zoon gekregen. Zijn zoon heet Floris, en hij lijkt op Lodewijk. Floris, echter, heeft lang en donkerblond haar terwijl Lodewijk kort en lichtblond haar heeft. Af en toe komt hij op bezoek bij oom Peter en opa Karel.
Inmiddels zijn er al 2 jaren verstreken, en Lodewijk leefde lang en gelukkig. Één ding wist hij echter niet. Fleur, zijn vrouw wist het gelukkig wèl. Ze stond op van haar stoel en zei: “Lodewijk, ik moet je een geheimpje vertellen. Wil je het niet doorvertellen? Ik bedoel: het mag wel, maar als je het doet is het geen geheim meer.” “Ik luister,” zei Lodewijk.
“Een voorouder van mij heeft een schat verborgen toen hij oud werd,” fluisterde Fleur, “en hij wil dat een nakomeling van hem de schat vindt. Alhoewel, een heel erg goede vriend of de liefde van zijn/haar leven mag hem ook helpen. Dus dat betekent dat jij ons kunt helpen om het te vinden.” “Oh ja?” vroeg Lodewijk.
“Mama heeft gelijk,” zei Floris, “ik heb een kaart gevonden met aanwijzingen van waar onderdelen van de schat liggen. Zal ik het voor je lezen?” “Je mag het wel doen. Als ik lees, dan spel ik eerst de woorden en zeg dan het woord. Dat gaat zo langzaam, dus jij mag het wel doen.” zei Lodewijk tegen zijn zoon.
Floris pakte de kaart en las: “Een loodgieter met een petje wijst je de weg. Onderweg staan er een aantal uitdagingen op je te wachten. Als je ze alle tien hebt voltooid is de plek waar de schat ligt bekend. Voor elke uitdaging krijg je een waardevol deel van de schat. Het kan een edelsteen of een ander dingetje zijn. Je weet maar nooit.”
“Wat is de eerste uitdaging?” vroeg Lodewijk. “Daag de loodgieter uit voor een gevecht.” las Floris, “Als je wint, geeft hij je de kist waarin je alles kunt stoppen. Hij gaat je dan ook helpen en hij gaat dan ook met je mee.”
“Maar… Dat is Mario! Ik ken hem!” riep Lodewijk, “Kom met me mee, vrouw en kind!” “Noem ons maar gewoon bij de naam, Lodewijk. Dat vinden we prettiger.” zei Fleur, “Maar goed, we gaan ervoor!” En zo begon er weer een nieuw avontuur over Lodewijk en zijn familie.